De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft in een besluit van 7 december 2023 aan vier verwerkers van wortelen boetes van in totaal ruim 2,5 miljoen euro opgelegd voor het verdelen van de markt voor waspeen en Parijse wortelen. Dergelijke afspraken vormen volgens de ACM doorgaans een zeer zware overtreding van het kartelverbod.
Casus
Laarakker, VanRijsingen, Veco en Verduyn zijn actief op het gebied van de teelt, verwerking en verkoop van waspeen en Parijse wortelen. Afnemers waren conserven- en diepvriesfabrikanten in Nederland, België en Duitsland. In 2008 sloten de vier ondernemingen een overeenkomst waarin de verwerking en verkoop van waspeen en Parijse wortelen tussen de vier ondernemingen verdeeld werd. Afgesproken werd dat Veco zich gedurende de oogstjaren 2009 tot en met 2018 niet zou bezighouden met de verkoop van waspeen aan industriële afnemers en met de (inkoop van) teelt en verwerking daarvan. Laarakker, VanRijsingen en Verduyn zouden zich in deze periode niet bezighouden met verkoop van Parijse wortelen aan industriële afnemers en met de (inkoop van) teelt en verwerking daarvan. Bovendien spraken de ondernemingen af dat Veco jaarlijks een compensatiebetaling ter hoogte van in totaal € 90.000,– zou ontvangen van de andere ondernemingen vanwege het verschil in afzetvolume Parijse wortelen ten opzichte van waspeen. Verder kwamen de ondernemingen een boetebeding overeen. Aanleiding voor de overeenkomst was dat Veco (opnieuw) actief dreigde te worden op het gebied van verkoop van verwerkte waspeen. De betrokken ondernemingen wilden met deze overeenkomst de rust bewaren op de markten voor verkoop van waspeen en Parijse wortelen.
Daarnaast sloten Laarakker en Veco een aanvullende afspraak over de verkoop van Parijse wortelen aan Duitse industriële afnemers. Zij spraken af dat Laarakker Parijse wortelen mocht leveren aan Duitse afnemers, onder de voorwaarde dat deze zo veel mogelijk ingekocht werden bij Veco. Veco zou zich hier niet mee bezighouden, met uitzondering van de verkoop aan een specifieke afnemer in Duitsland.
Oordeel ACM
Marktverdeling vormt een zeer zware overtreding van het kartelverbod
Met marktverdelingsafspraken wordt volgens de ACM beoogd de mededinging beperken. Dergelijke afspraken zijn daarom naar hun aard in strijd met zowel het Nederlandse als Europese kartelverbod en vormen een zeer zware overtreding van dit verbod. De betrokken ondernemingen hadden het gemeenschappelijke doel om uit elkaars markten te blijven en zo de concurrentie te beperken. Bovendien hadden de handelingen betrekking op dezelfde producten (verwerkte waspeen en Parijse wortelen voor industriële afnemers) en dezelfde gebieden (Nederland, België en Duitsland). Tenslotte zijn de afspraken en daaraan gerelateerde uitvoeringshandelingen steeds op dezelfde manier vormgegeven en toegepast gedurende de inbreukperiode. Gelet hierop neemt de ACM aan dat sprake is geweest van een enkele voortdurende inbreuk.
Boete
De boete die door de ACM voor de overtreding van het kartelverbod aan de kartellisten wordt opgelegd, is vastgesteld aan de hand van de Boetebeleidsregel ACM 2014:
Berekening basisboete
Laarakker | VanRijsingen | Veco | Verduyn | ||
betrokken omzet …………... | € 60.925.000,– | € 83.608.000,– | € 32.207.000,– | € 28.478.000,– | |
ernstfactor | 25% | € 15.231.250,– | € 20.902.000,– | € 8.051.750,– | € 7.119.500,– |
recidive | 50% | n.v.t. | n.v.t. | € 4.025.875,– | n.v.t. |
basisboete | € 15.231.250,– | € 20.902.000,– | € 12.077.625,– | € 7.119.500,– |
Toets boetemaximum en berekening op te leggen boete
Laarakker | VanRijsingen | Veco | Verduyn | ||
meest recente jaaromzet | € 41.854.550,– | € 64.062.430,– | € 12.880.550,– | € 60.321.790,– | |
wettelijk boetemaximum | 10% | € 4.185.455,– | € 6.406.243,– | € 1.288.055,– | € 6.032.179,– |
clementie | 40% | € 1.674.182,– | n.v.t. | n.v.t. | € 2.412.872,– |
medewerking | 10% | € 418.546,– | € 640.624,– | € 128.806,– | € 603.218,– |
op te leggen boete | € 2.092.728,– | € 5.765.619,– | € 1.159.249,– | € 3.016.089,– |
De cursief weergegeven bedragen zijn niet afkomstig uit het boetebesluit, maar zijn zelf berekend op basis van dit besluit.
Laarakker, VanRijsingen en Verduyn zijn er kennelijk in geslaagd aan te tonen dat de op te leggen boete hun draagkracht te boven gaat. Uit het boetebesluit volgt immers dat de ACM de hardheidsverzoeken van deze ondernemingen heeft gehonoreerd.
Hardheidstoets
Laarakker | VanRijsingen | Veco | Verduyn | ||
opgelegde boete …………… | …….. | € 500.000,– | € 500.000,– | € 1.159,000– | € 500.000,– |
Commentaar
Recidive als boeteverhogende omstandigheid
Een vermeldenswaardig aspect aan de zaak is de handelwijze van Veco. De ACM wijst er namelijk op dat Veco ook partij was bij het zilveruienkartel. Ten tijde van de totstandkoming van het wortelkartel, deed de ACM nog geen onderzoek naar het zilveruienkartel. Desondanks is de ACM van mening dat het op de weg van Veco had gelegen om haar deelname aan het wortelkartel direct te beëindigen zodra zij op de hoogte was van het onderzoek naar de gedragingen ten aanzien van zilveruien en in elk geval zodra de ACM een overtreding had vastgesteld daarvoor. Veco zette de overtreding echter voort. Het is deze voortzetting die de ACM Veco aanrekent en die leidt tot een boeteverhoging van 50%. De mogelijkheid voor de ACM om de boete in geval van recidive te verhogen wordt besproken in de blog Overtreden mededingingsrecht kan per 1 juli 2016 flink duurder uitpakken.
Klassieke marktverdeling
De onderhavige zaak is feitelijk een klassiek marktverdelingskartel. Onder andere in het Toshiba arrest heeft het EU Hof van Justitie (Hof) geoordeeld dat “overeenkomsten die een verdeling van markten beogen, op zich een mededingingsbeperkend doel hebben en behoren tot een groep overeenkomsten die uitdrukkelijk door artikel 101, lid 1, VWEU zijn verboden, aangezien een dergelijk doel niet kan worden gerechtvaardigd op basis van een analyse van de economische context waarin de betrokken mededingingsverstorende gedragingen worden verricht” (r.o. 28). Verder kan in dit kader nog gewezen worden op het boetebesluit (samenvatting) van de Europese Commissie (Commissie) ten aanzien van het groentenconservenkartel dat onder andere betrekking had op de verkoop van ingeblikte wortelen in België, Duitsland, Frankrijk en Nederland (randnr. 5). Volgens de Commissie “the infringement concerned price coordination and market sharing, which are, by their very nature, among the most harmful infringements of Article 101(1) of the Treaty” (randnr. 102). De deelnemers aan het wortelkartel hadden dus gewaarschuwd kunnen zijn.
* foto van Inknfolly via pixabay.com