Op 26 februari 2019 heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) de leidraad Samenwerking tussen concurrenten en de leidraad Afspraken tussen leveranciers en afnemers gepubliceerd.
De leidraden
Toepasselijkheid kartelverbod
De ACM legt allereerst uit dat het kartelverbod van toepassing is als ondernemingen afspraken maken dan wel hun gedrag onderling afstemmen of als ondernemersverenigingen besluiten nemen waardoor de mededinging merkbaar wordt beperkt. In dit kader merkt de ACM op dat van sommige afspraken aangenomen wordt dat die altijd de mededinging merkbaar beperken zoals prijsafspraken en marktverdelingsafspraken.
Het kartelverbod is niet van toepassing als sprake is van een bagatel. Dat wil zeggen als bij de afspraak een beperkt aantal ondernemingen betrokken is, of als het gezamenlijk marktaandeel van de betrokken ondernemingen gering is. Verder is het kartelverbod niet van toepassing als een beroep gedaan kan worden op een Europese of nationale vrijstelling. Tot slot is het kartelverbod niet van toepassing als de samenwerking ook positieve economische voordelen (zogenaamde efficiëntieverbeteringen) heeft.
Beoordeling van specifieke vormen van samenwerking
Marktpartijen moeten er zelf voor zorgen dat zij niet in strijd handelen met de mededingingsregels. Dat is in de praktijk lang niet altijd makkelijk. In de leidraden legt de ACM op hoofdlijnen uit welke samenwerkingsvormen wel en welke niet zijn toegestaan.
Horizontale samenwerking
Samenwerking tussen concurrenten wordt ook wel aangeduid als horizontale samenwerking. In de leidraad Samenwerking tussen concurrenten bespreekt de ACM de navolgende horizontale samenwerkingsvormen:
1. | Adviezen van brancheorganisaties |
2. | Opstellen van calculatieschema’s en kostenramingen |
3. | Erkenningsregelingen |
4. | Algemene voorwaarden |
5. | Samenwerking op administratief gebied |
6. | Informatie-uitwisseling tussen concurrenten |
7. | Gezamenlijke inkoop |
8. | Arbeid en inhuur van zzp’ers |
9. | Horizontale samenwerking vooruitlopend op een fusie of overname |
Verticale samenwerking
Afspraken tussen leveranciers en afnemers worden aangemerkt als verticale samenwerking. Anders dan bij de leidraad Samenwerking tussen concurrenten bespreekt de ACM in de leidraad Afspraken tussen leveranciers en afnemers geen specifieke samenwerkingsvormen. Er wordt een toetsingskader gegeven aan de hand waarvan ondernemers kunnen nagaan of hun afspraken ACM proof zijn.
Stap 1 | Eerst moet gekeken worden of de voorgenomen verticale afspraak de mededinging beperkt. |
Stap 2 | In geval de mededinging wordt beperkt, moet gekeken worden of deze beperking kwalificeert als een “hardcore beperking”. Dit zijn volgens de ACM ernstige beperkingen zoals verticale prijsbinding, marktverdeling en beperking van online verkoop. |
Stap 3 | Als de afspraak geen hardcore beperkingen bevat, moet gekeken worden of de afspraak onder de “veilige zone” van de Groepsvrijstelling verticale samenwerking valt. |
Stap 4 | Wordt niet aan de voorwaarden van de Groepsvrijstelling verticale samenwerking voldaan, dan moet tot slot nagegaan worden of de afspraak leidt tot efficiëntieverbeteringen. Bij gebreke van efficiëntieverbeteringen is de afspraak hoogstwaarschijnlijk niet toegestaan. |
Commentaar
De leidraad Samenwerking tussen concurrenten vervangt de uit 2008 stammende Richtsnoeren samenwerking ondernemingen. Deze richtsnoeren waren inmiddels ook wel aan vervanging toe. Opvallender is dat de leidraad Afspraken tussen leveranciers en afnemers het document Het toezicht ACM op verticale overeenkomsten vervangt. Dit laatste document is niet eens zo oud. De ACM publiceerde het in 2015. Waarschijnlijk is deze vervanging mede ingegeven door de hernieuwde belangstelling van de ACM voor verticale samenwerking. Lange tijd lag de focus voornamelijk op horizontale samenwerking. Onder aanvoering van het Bundeskartellamt, de Duitse mededingingsautoriteit, is er in Europa steeds meer aandacht gekomen voor verticale samenwerking. De ACM volgt thans dit voorbeeld. Leveranciers en afnemers doen er goed aan hier rekening mee te houden.
Vanwege het algemene karakter, zijn leidraden voornamelijk geschikt om ondernemers die niet in detail met de mededingingsregels bekend zijn een eerste indruk te geven waar ze op moeten letten als er met concurrenten dan wel tussen leveranciers en afnemers afspraken worden gemaakt. Voorzichtigheid is immers geboden. De ACM kan forse boetes opleggen in geval de mededingingsregels worden overtreden.
Wel dient steeds bedacht te worden dat de omstandigheden van het geval doorslaggevend zijn. Afspraken waarvan de ACM in de leidraad Samenwerking tussen concurrenten stelt dat ze altijd verboden zijn, kunnen heel soms toch zijn toegestaan. Zo oordeelde het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in een uitspraak van 6 oktober 2008 dat de prijsafspraken die psychologen en psychotherapeuten hadden gemaakt geen strijd met het kartelverbod opleverden. Prijs was voor deze partijen immers geen concurrentieparameter.