In een besluit van 6 juni 2017 is de Europese Commissie (Commissie) tot de conclusie gekomen dat een Tsjechische steunregeling ten behoeve van biologische landbouw weliswaar kwalificeert als staatssteun, maar verenigbaar is met de interne markt. De steunregeling van de Tsjechische regering is dus toegestaan onder de staatssteunregels.
De steunregeling
Tsjechië heeft een steunregeling opgetuigd om biologische landbouw te bevorderen. Landbouwers die er gedurende een periode van vijf jaar vrijwillig voor kiezen om in plaats van chemische bestrijdingsmiddelen biologische bestrijdingsmiddelen te gebruiken, kunnen jaarlijks in aanmerking komen voor een subsidie. De extra kosten die gemoeid zijn met het gebruik van biologische bestrijdingsmiddelen worden gesubsidieerd. Het subsidiebedrag wordt als volgt berekend:
De subsidie is aan de navolgende maxima gebonden:
Overeenkomstig de standstill-verplichting van artikel 108 lid 3 VWEU, werd de steunregeling door de Tsjechische regering ter goedkeuring aan de Commissie voorgelegd.
Beoordeling door de Commissie
Een maatregel kwalificeert als staatssteun indien (i) een onderneming hierdoor een (ii) selectief voordeel ontvangt dat (iii) afkomstig is van de staat of met staatsmiddelen wordt bekostigd, waardoor (iv) de mededinging wordt vervalst en (v) de handel tussen de lidstaten wordt beïnvloed.
De Commissie concludeert dat in het onderhavige geval aan al deze voorwaarden wordt voldaan. Uitsluitend Tsjechische landbouwers worden begunstigd (i). Het voordeel dat deze ondernemingen ontvangen, wordt door de Tsjechische overheid bekostigd (ii). De mededinging wordt door de steunregeling vervalst, aangezien andere ondernemingen geen vergelijkbaar voordeel ontvangen (iii). De begunstigde Tsjechische landbouwers zijn tot slot actief op een markt die open staat voor concurrentie op EU niveau, zodat ook de handel tussen de lidstaten wordt beïnvloed (iv).
Vervolgens toetst de Commissie de steunmaatregel aan deel II hoofdstuk 1.1.5.1 en deel I hoofdstuk 3 van de Richtsnoeren voor staatssteun in de landbouw 2014-2020 (Richtsnoeren). In deze richtsnoeren wordt onder meer uitgewerkt dat steunmaatregelingen die aansporen tot het overstappen op meer duurzame productiemethoden in de landbouw onder voorwaarden zijn toegestaan. De Commissie stelt vast dat in het onderhavige geval aan deze voorwaarden is voldaan. Daarom wordt de steunregeling verenigbaar verklaard met de interne markt.
Commentaar
Overheidssubsidies in de landbouw worden vrij snel als staatssteun aangemerkt. De bagatelgrens bedraagt € 15.000,– over een periode van 3 jaar en bij overschrijding van dit bedrag heeft de subsidie vrijwel altijd gevolgen voor het handelsverkeer in de EU. Ook als de begunstigde landbouwers slechts lokaal actief zijn. Meer hierover in de blog: Nationale steun voor verkoopbevordering van primaire landbouwproducten.
Het feit dat een subsidie kwalificeert als staatssteun zou overheden niet moeten afschrikken. Mogelijk kan gebruik worden gemaakt van een groepsvrijstelling. De mogelijkheden hiervoor worden besproken in de blog: De AGVV in de landbouw- en visserij sector. Lukt het niet de subsidieregeling onder een groepsvrijstelling te brengen, dan is er nog steeds geen man over boord. De Commissie kan een individuele steunregeling immers verenigbaar verklaren met de interne markt. Daarvoor moet de steunregeling wel bij de Commissie worden gemeld. Indien de subsidieregeling voldoet aan de Richtsnoeren, zal de Commissie doorgaans een positief besluit moeten nemen.
Wat het onderhavige besluit nog interessant maakt is dat het laat zien dat de steunmaxima uit de Richtsnoeren niet in marmer gebeiteld zijn en in individuele gevallen door de Commissie ruimhartig kunnen worden toegepast. Hier is dan wel een rechtvaardiging voor nodig. De Tsjechische regering had in de melding aan de hand van gedetailleerde berekeningen uitgezet dat de extra kosten gemoeid met het gebruik van biologische bestrijdingsmiddelen in kassen hoger was dan het toepasselijke staatssteunmaximum uit de Richtsnoeren. Op basis hiervan acht de Commissie de overschrijding van het betreffende staatssteunmaximum gerechtvaardigd. Volgens de Commissie leidt het gebruik van biologische bestrijdingsmiddelen immers tot een belangrijke reductie van grond- en milieuvervuiling. Bovendien had de Tsjechische regering er voor gezorgd dat er geen overcompensatie kan optreden door slechts 80% van de subsidiabele extra kosten te compenseren.
Tot slot nog een tip voor subsidieverlenende overheden. De doorlooptijd van de meldingsprocedure kan worden verkort, als bij de inrichting van een subsidieregeling gebruik wordt gemaakt van een voorbeeld dat door de Commissie al eerder is goedgekeurd. Een goed voorbeeld doet zoals bekend goed volgen.
Eric Janssen, advocaat staatssteunrecht